Wat is de betekenis van afhandig maken?

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

afhandig maken

(17e eeuw) (euf.) (be)stelen; ontnemen. Het WNT citeert o.a. J. van Heemskerk (Batavische Arcadia. 1657): "Soekende met alle middelen hem zyn stadthouderschap afhandig te maaken." • Neen, ik vertrouw je niet, wat ik heb zou je mij afhandig maken, en mij zou je vergeten. Ik wil een waarborg. (De Tijdspiegel. Jaargang 9. 1852) • Uw gasthee...

2024-04-25
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

afhandig maken

Stelen; wegkapen; ontfutselen. De uitdrukking suggereert nergens dat men het weggenomene voor zichzelf behoudt en is daardoor eerder verhullend. De Nederlandse arts en schrijver Willem Godschalk van Focquenbroch gebruikte dit eufemisme al in zijn Werken (1709) Wat ’n schokkende pret gaf ’t ’m, als ie ’r aan dacht hoe ie L. op de veiling... z’n reve...

2024-04-25
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Afhandig maken

zie Benemen.