Wat is de betekenis van Afgestampt?

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

afgestampt

(19e eeuw) (inf.) (ter versterking) erg, in hoge mate: 'een afgestampte leugen', 'een afgestampte deugniet'. Vgl. afgebliksemd*, afgeluizigd*. • Tot 's avonds bonkerden ze door, als de roode zon al verwilderenden weer-schijn op de zatte en afgestampte tronies vlamde. (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 1. 1912) • So...

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afgestampt

bw., versterkingswoord en uitroep van verwondering; afgestampt vol, meer dan vol.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afgestampt

(afchə'stampt) tw. en bw. erg, zeer : vol. ➝ afgedankt enz.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Afgestampt

AFGESTAMPT, bw. versterkingswoord en uitroep van verwondering in de platte spreektaal,

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten