Wat is de betekenis van afdekken?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afdekken

afdekken - Werkwoord 1. (ov) iets over iets anders heen plaatsen We hebben de aardbeiplantjes afgedekt tegen de vorst. 2. iemand beschermen tegen een aanval De minister werd afgedekt door zijn collega's. Woordherkomst samenstelling van...

2024-04-19
Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

afdekken

bespieden In deze betekenis in 1952 voor het eerst aangetroffen, in een literaire tekst. • ‘Zou ik die zaak es afdekken daar? Allicht is er een dienstmeid om mee te praten.’ ¶ Piet Bakker, Kidnap (1952), p. 154. De schrijver verklaart de betekenis in een woordenlijst.

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afdekken

afdekken - regelmatig werkwoord uitspraak: af-dek-ken 1. er iets overheen leggen ♢ het bouwwerk werd afgedekt met een oranje zeil 2. het dekken van de tafel afmaken ♢ ik ben al begonnen, maar wi...

2024-04-19
Bodemrichtlijn begrippenlijst

Rijkswaterstaat (2017)

Afdekken

Afdekken is het aanbrengen van een laag (schone grond, verharding of folie) op een verontreinigde bodem teneinde contact risico's te beperken.

2024-04-19
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

afdekken

afdekken - Ander woord voor indekken en de Engelse term hedgen: een belegger dekt bijvoorbeeld een bepaald koersrisico af. Dat wil zeggen dat hij op een bepaald moment voor de toekomst een bepaalde prijs vastlegt. Dat betekent niet dat hij geen risico meer loopt. De koers in de toekomst kan immers hoger of lager blijken te zijn dan de koers die is...

2024-04-19
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

afdekken

afdekken - Het bedekken van bepaalde gedeelten van een ondergrond om te voorkomen dat er op wordt ingewerkt, zoals bij etsen of zeefdrukken.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afdekken

v., ôfdekke; het vuur —, it fjûr birekke.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afdekken

(dekte af, heeft afgedekt), 1. villen (dieren die niet geslacht zijn), koudslachten; 2. (de tafel) afnemen ; 3. (wev.) de geweven stof van de boom waarop zij onder het weven is opgewonden, afwinden ; 4. de bedekking afnemen van —: de bloembollen worden afgedekt; 5. (bouwk.) van een muur: die aan de bovenzijde met een rollaag, panne...

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

afdekken

dekte af, heeft afgedekt, ontdoen van het dek: een koe afdekken, villen; de tafel afdekken, afnemen; een muur met een rollaag of met hardsteen afwerken.