aeolusharp
of windharp, instrument bestaande uit een houten raam met gelijkgestemde doch niet strak gespannen snaren. Het wordt in de wind opgehangen; de luchtwervelingen langs de snaren geven een ruisend, geheimzinnig klankeffect.
S. van Ameringen (1962)
of windharp, instrument bestaande uit een houten raam met gelijkgestemde doch niet strak gespannen snaren. Het wordt in de wind opgehangen; de luchtwervelingen langs de snaren geven een ruisend, geheimzinnig klankeffect.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), windharp, ook wel Acoolse harp, zeker muziekinstrument: een langwerpige houten kast met acht of tien boven een klankbord gespannen snaren, die door de wind bewogen, een klagend, droefgeestig geluid geven.
Winkler Prins (1949)
harp waarbij klank verkregen wordt door wind die tegen de snaren waait. Uitvinder: Athanasius Kircher (Jezuïet, 17e eeuw).
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
snaarinstrument met lange en smalle resonanskast, waarop een (onbepaald) aantal darmsnaren in één klank gespannen is. De snaren zijn van ongelijke dikte; om toch dezelfde toonhoogte voor elk te behouden, moet iedere snaar een andere spanning hebben. Intusschen mag geen der snaren sterk gespannen zijn. Wanneer de wind langs de snaren s...
Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)
windharp, een langwerpige, houten, resoneerende kast, bespannen met een willekeurig aantal unisonogestemde snaren van verschillende dikte, die, aan wind blootgesteld, een sprookjesachtigen klank voortbrengen, daar naar gelang de kracht van den wind de accoorden van het zachtste pianissimo tot het ruischendste forto aanzwellen en weder afnemen. De A...
P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)
Een heel oud muziek-instrument, dat genoemd is naar Aeolus, den god van den wind. De aeolusharp, ook windharp genoemd, bestaat in zijn meest bekenden vorm — er zijn ook andere vormen — uit een lange, smalle houten kist met of zonder klankgat. Over twee lage houten kammen zijn darmsnaren van verschillende dikte gespannen, zó, dat...
T. Pluim (1922)
Aeólusharp of windharp, bestaande uit een eenvoudige kist, waarover snaren gespannen zijn, die op dezelfde toonhoogte zijn gestemd. Aan den luchtstroom (wind) blootgesteld, beginnen deze snaren te klinken, 't zij zacht of sterk, al naar de kracht van den wind : eerst hoort men slechts één zelfden toon, doch weldra komen ook de zogenaamde „boventone...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: