Wat is de betekenis van Advent?

2024-04-19
Ensie Encyclopedie

Redactie Ensie (2022)

Advent

Advent, adventus in het Latijn, is de verwachting van de komst van de grote Koning van de wereld. Advent is ook de tijd van de voorbereiding op het kerstfeest. In de periode van vier weken voor Kerstmis wordt elke zondag in de kerk een kaarsje ontstoken van de kerstkrans. Daarom heten deze zondagen de eerste, tweede, derde en vierde zondag van de a...

2024-04-19
Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

ADVENT

UIT: Weinig animo voor zegening kribben (Janine van de Casteel, BN/DeStem, 20 december 2010) CONTEXT: "We doen dit al jaren op de vierde zondag van de ADVENT, als Kerstmis heel dichtbij is", zei pastor Wiel Wiertz. : de vier weken voor Kerstmis UITSPRAAK: [at-fent] WOORDFEIT: Op de vierde zondag voor Kerstmis begint de adventstijd oft...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

advent

advent - Zelfstandignaamwoord 1. (religie) een periode van vier weken voor Kerstmis Speciaal voor de advent maken we een adventskrans. 2. (religie) de tijd waarin de komst en wederkomst van Jezus Christus worden verwacht Woordherkomst van het Latijnse woord adventus "aankomst"...

2024-04-19
Lexicon antroposofie

Henk van Oort (2010)

Advent

De periode van vier weken voor Kerstmis. Er zijn de eerste, de tweede, de derde en de vierde adventszondag.

2024-04-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Advent

[Lat. adventus = (aan)komst, van advenire, adventum, van ad = bij, en venire = komen] (rk) lett.: komst, nadering (des Heren); in de Westerse liturgie de periode van ongeveer vier weken die aan het kerstfeest voorafgaat.

2024-04-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Advent

de vier weken voor Kerstmis

2024-04-19
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

Advent

Advent - Christelijk religieus seizoen dat van de vierde zondag vóór Kerstmis tot Kerstmis duurt en door sommigen als een periode van bidden en vasten wordt gezien.

2024-04-19
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Advent

komst. Het kerkelijk jaar begint met de eerste van de vier adventzondagen. In deze tijd wil de Kerk bij de gelovigen de gedachte verlevendigen aan Christus’ drievoudige komst: zijn eerste (historische) komst in deze wereld (Kerstmis); zijn voortdurend komen tot de mensen in woord en sacrament; zijn zichtbare wederkomst op het einde der tijden...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Advent

[= komst (des Heeren)] heet in het kerkelijk jaar de periode, die het Kerstfeest voorbereidt. De A. begint in de →Latijnsche Kerk met den Zondag, die op of het dichtst bij het feest van St. Andreas (30 November) valt; deze Zondag is tevens het begin van het → kerkelijk jaar. De A. duurt hoogstens vier volle weken. De liturgische stemming...