Wat is de betekenis van Adresboek?

2024-12-04
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-04
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

adresboek

adresboek - Zelfstandignaamwoord 1. een boek met alfabetisch en/of systematisch geordende adressen Hij was het adresboek kwijtgeraakt. Woordherkomst samenstelling van adres en boek

2024-12-04
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

adresboek

naslagwerk met alfabetisch of systematisch geordende adresgegevens van personen en/of instellingen.

2024-12-04
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

adresboek

adresboek - Boeken die lijsten met huisadressen bevatten, meestal op alfabetische volgorde.

2024-12-04
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

adresboek

o. -en, boek, waarin de naam, de juiste woonplaats en ’t beroep van de inwoners ener stad te vinden zijn.

2024-12-04
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Adresboek

alphabetische naamlijst met adres, beroep enz. der inwoners van een stad, van een land, van personen, die eenzelfde beroep of van firma’s, die eenzelfde bedrijf uitoefenen. Het eerste a. verscheen te Parijs in 1691. Behalve vele plaatselijke a. bestaan in Ned. o.a. het Alg. A. van Ned. voor Handel, Landbouw, Nijverheid en Verkeer, met medewer...

2024-12-04
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

adresboek

o. (-en) boek bevattende het adres van de inwoners van een stad enz.

2024-12-04
Algemeen Technisch woordenboek

H.J. van Eyk (1916)

Adresboek

Boekwerk, bevattende alphabetisch gerangschikt de nair en, woonplaatsen en beroepen van de inwoners eener stad of van een streek ; ook wel van de adressen eener bepaalde categorie personen, woonachtig in een bepaalde streek bv. Industrieel adresboek voor Nederland.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-12-04
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

adresboek

adresboek, o. (-en), boek met alfabetisch en/of systematisch geordende adressen, m.n. van de inwoners van een stad. De opgave van namen en adressen is in veel gevallen gecombineerd met gegevens van beroepen, terwijl ook firmanamen en namen van instellingen en organisaties worden opgenomen. Reeds in 1595 verscheen een primitief samengesteld adresboe...