Wat is de betekenis van addio?

2024-09-10
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

addio

(19e eeuw, vero.) (ook: adio) afscheidsgroet. Syn.: ajuus*. • Ik geloof 't ook... Saluut. Addio! (Heldersche Courant, 17/03/1923) • ‘Goed! Adio!’ en weg stuift Greet, full speed naar huis, waar ze wel blij zullen zijn met haar mooi rapport. (F.J. de Clercq Zubli, De blijde stilte. 1937)

2024-09-10
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Addio

[lt. = lett.: (ga) met God, van ad - bij, en Dio = God, Lat. Deus] vaarwel!

2024-09-10
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Addio

vaarwel.

2024-09-10
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

addio

adieu, vaarwel! fig. weg; e addio, en daarmee uit! vaarwel.

2024-09-10
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

addio

o. (It.) [dio = God]: vaarwel, adieu.

2024-09-10
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

addio

(ad'dio) o. (-’s) en tw. [It.] adieu.

2024-09-10
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

addio

addio - vaarwel.

Gerelateerde zoekopdrachten