Acute ziekten
ziekten die snel uitbreken, min of meer hevige verschijnselen geven en kort duren; tegengest.: chronische ziekten, die meest zich sluipend ontwikkelen en lang duren.
Winkler Prins (1949)
ziekten die snel uitbreken, min of meer hevige verschijnselen geven en kort duren; tegengest.: chronische ziekten, die meest zich sluipend ontwikkelen en lang duren.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
kortdurende ziekten van dagen tot weken duur tegenover de chronische ziekten van maanden tot jaren duur (bijv. tuberculose, kanker).
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Acute ziekten - ziekten, die na korten tijd eindigen, hetzij met den dood, hetzij met genezing; soms is de genezing schijnbaar en is de acute ziekte in een chronischen vorm overgegaan.
Anthony Winkler Prins (1870)
Acute ziekten zijn in het algemeen die, welke onder verschijnselen van heete koorts binnen den tijd van twee of drie weken afloopen. Weleer vormden zij, volgens het gevoelen der geneesheeren, eene phase van krankheden, waarnaast die der chronische (langdurige en zonder koorts afloopende) ziekten werd geplaatst. Later heeft men deze ve...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: