Wat is de betekenis van Achterdocht?

achterdocht - Zelfstandignaamwoord 1. twijfel aan de oprechte intentie ♢ Met enige achterdocht betaalden we de boete. Woordherkomst Afgeleid van het verouderde werkwoord achterdenken Synoniemen argwaan

achterdocht - zelfstandig naamwoord uitspraak: ach-ter-docht 1. gevoel dat iemand niet te vertrouwen is ♢ met achterdocht werd er naar de nieuwe buren gekeken Zelfstandig naamwoord: ach-ter-docht de achterdocht...

s., erch (it), erchtinken (it).

...

v., 1. kwade dunk omtrent iemands handelingen of oogmerken, argwaan, verdenking: achterdocht hebben, voelen, koesteren, opvatten, krijgen (omtrent of tegen); achterdocht inboezemen, benemen, wegnemen; 2. (gew.) nadenken.

v. kwade dunk; argwaan, verdenking: achterdocht hebben, voeden, koesteren, opvatten, krijgen op (of: omtrent) iem. of iets; achterdocht opwekken bij.

('achtər) v. [achterdenken] ongunstig vermoeden : hebben, krijgen, koesteren, voelen op of omtrent iets of iemand. Syn. argwaan, mistrouwen, verdenking, wantrouwen.

voor achterdacht, van een ww. achterdenken, evenals aandacht van aandenken; in ’t mnl. alleen achterdenken in dien zin; de o is naast de a ontstaan, evenals in de vormen brocht, docht in de spreektaal, en zelfs in 't Vla. gemocht naast gemaakt. In achter zit hier hetzelfde ongunstige, dat men in achterbaks, in een achterafje, in achterko...

achterdocht, v./m., kwade dunk omtrent iemands handelingen of bedoelingen, argwaan, verdenking: — hebben, — koesteren, — krijgen (omtrent of tegen); — inboezemen, — wegnemen.