Wat is de betekenis van aantijgen (aantrekken)?

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aantijgen (aantrekken)

1aan'tijgen (toog aan, heeft en is aangetogen), (bijna alleen nog in de verl. tijd en het verl. deelw. gebruikt), aantrekken, aan het lijf doen; óf dicht, óf scherts.: hij had het boetekleed aangetogen.