Wat is de betekenis van aanpakken?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aanpakken

aanpakken - Werkwoord 1. aanvatten Kun je de dozen even aanpakken. 2. in rechte vervolgen, streng zijn De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (w:OESO|OESO) gaat brievenbusfirma's harder aanpakken. 3. een probleem oplossen...

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

aanpakken

aanpakken - regelmatig werkwoord uitspraak: aan-pak-ken 1. in je handen nemen en vasthouden ♢ hier, pak dat boek eens aan! 1. iemand flink aanpakken [hem keihard zeggen welke kritiek je hebt]...

2024-04-20
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

aanpakken

(Iem.) (emotioneel) aangrijpen, ontroeren. Beminde parochianen, ik ben met een deemoedig hart op dit gestoelte geklommen. Maar wanneer ik van hier uit plots door de geweldige toeloop van gelovigen wordt aangepakt, en niet het minst door de uitzonderlijke hoogwaardigheid van zo vele notabelen onder hen, dan bekruipt mij een fierheid, die ik niet nee...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Aanpakken

v., oanpakke; (aannemen) oankrije; (aantasten), (oan)taeste; flink —, net mijen(d) wêze; flink willen fan oanpakken wêze, de wanten út hawwe; moeten —, poat-oan moatte ; het werk —, (de) hannen oan 'e ploech slaen, de hannen útste...

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aanpakken

(pakte aan, heeft aangepakt), 1. onbeschroomd aanvatten ; (spr.) 't is geen katje om zonder handschoenen aan te pakken, men moet voorzichtig met hem omgaan; 2. (fig.) (een moeilijk werk) ter hand nemen, beginnen; hij weet van aanpakken, is zeer flink en actief; 3. (iem.) aanvallen, aanranden; (ook) hem tot zijn plichten brengen...

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

aanpakken

pakte -, h. -gepakt (1 onbeschroomd aanvatten; 2 beginnen met iets; 3 behandelen; 4 [in rechten] vervolgen): 1 pak de slang niet -; 2 iets goed, verkeerd -; je moet flink -; hoe dat - ? 3 iem. ruw, verkeerd,eens goed -; Z.-N. iem. -, aanvallen; 4 iem.- wegens schulden; nog: dat pakte me erg aan, deed mijn gezondheid schade.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aanpakken

(pakte aan, heeft aangepakt) 1. onbeschroomd aanvatten : sta niet te kijken, pak maar aan! iemand ruw -. zie: kat. Syn. zie: aangrijpen. 2. in rechten vervolgen : iemand wegens schulden -. 3. beginnen : een zaak goed, bij het rechte eind, verkeerd -. 4. duchtig de waarheid zeggen : ik heb hem eens goed aangepakt. 5. flink dwingen : zichzelf -.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aanpakken

aan'pakken (pakte aan, heeft aangepakt), 1. onbeschroomd aanvatten; overnemen van degeen die iets toereikt: pak aan!; (zegsw.) het is geen katje om zonder handschoenen aan te pakken, men moet voorzichtig met hem omgaan; (minder eig.) aanvaarden; 2. (fig.) (een zaak, een werk) ter hand nemen, ermee beginnen: iets goed —; je hebt de zaak verkeerd aan...