Wat is de betekenis van Aanleg?

2024-03-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

aanleg

(1939) (homotaal, euf.) homoseksuele of lesbische geaardheid. • Het kunnen mannen of vrouwen zijn en hun liefde kan al naar hun aanleg naar een jongen of naar een meisje uitgaan. (Leeuwarder courant, 24/03/1984) • (Arendo Joustra: Homo-erotisch woordenboek. 1988) • (Hanneke Kunst en Xandra Schutte: Lesbiaans, Lexicon van de Lesbotaal...

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aanleg

aanleg - Zelfstandignaamwoord 1. het aanleggen De aanleg van het nieuwe vliegveld liep grote vertraging op 2. plantsoen 3. geneigdheid, talent, begaafdheid Hij had een grote muzikale aanleg. 4. instantie De zaak werd...

2024-03-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

aanleg

aanleg - zelfstandig naamwoord uitspraak: aan-leg 1. aangeboren handigheid of geschiktheid voor iets ♢ Joop heeft aanleg voor wiskunde 2. het maken of bouwen van iets ♢ wie betaalt de aanleg van...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Begrippen in de Rechtspraak

Ensie (2016)

Aanleg

De rechterlijke instantie waar de behandeling van een zaak plaatsvindt. De rechtbank is de eerste aanleg, het gerechtshof de tweede aanleg oftewel de hoger-beroepsinstantie (of de Centrale Raad van Beroep, College van Beroep voor het bedrijfsleven of de Afdeling bestuur van de Raad van State).