Wat is de betekenis van aankopen?

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aankopen

aankopen - Werkwoord 1. (ov) door kopen verwerven Zij hadden een assortiment mobiele telefoons aangekocht. aankopen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aankoop Woordherkomst samenstelling van aan(voorzetsel) en kopen(werkwoord) Synon...

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

aankopen

aankopen - onregelmatig werkwoord uitspraak: aan-ko-pen 1. het kopen om te gebruiken ♢ het museum gaat dit beroemde schilderij aankopen Onregelmatig werkwoord: aan-ko-pen ik koop aan (... ik aankoop) ...

2024-04-18
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Aankopen

v., oankeapje, -hannelje.

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aankopen

(kocht aan, heeft aangekocht), kopen voor eigen behoefte, niet om te verhandelen : een landgoed aankopen.

2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

aankopen

onr. w.w., kocht-, h. -gekocht (door kopen in eigendom krijgen); -koping, v. -en.

2024-04-18
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aankopen

(kocht aan, heeft aangekocht) door kopen in eigendom krijgen : een landgoed -. Syn. aanschaffen (zich), inkopen, verschaffen (zich). Tgst. zie: veilen.

2024-04-18
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aankopen

aan'kopen (kocht aan, heeft aangekocht), kopen voor eigen behoefte, niet om te verhandelen: een landgoed —.