aanhebben
Kijk onder ‘heb ik iets van je aan*’.
Wiktionary (2019)
aanhebben - Werkwoord 1. absoluut een kledingstuk of sierraad dragen ♢ Ze had haar bikini aan. Woordherkomst samenstelling van aan(voorzetsel) en hebben(werkwoord)
Muiswerk Educatief (2017)
aanhebben - onregelmatig werkwoord uitspraak: aan-heb-ben 1. het aan je lichaam hebben ♢ wat heeft Jojanneke weer een kort rokje aan! 2. in werking hebben ♢ we hadden de hele avond de televisie...
Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)
in: heb ik wat van je aan: heb je iets tegen mij: Waarom moet je mij hebben? ‘Heb ik wat van je aan?’ SANTEN 13.
Van Dale Uitgevers (1950)
als in zijn winterjas aan hebben is geen samenst.; ook niet in de kachel aan hebben; — (Zuidn.) hij heeft noch om, noch aan, hij is uiterst behoeftig; — (fig.) een roes, een buis, een laars, een kas enz. aan hebben, in meerdere of mindere mate dronken zijn; — (in het spel) een appèl, een punt,...
M. J. Koenen's (1937)
h. aan, had -gehad (1 van kledingstukken of van sieraden: aan *t lijf hebben; 2 aan het branden hebben): 1 een jas, juwelen -; zegsw. een laars, buis, roes -, dronken zijn; Z.-N. zegsw. hij heeft noch om, noch aan, is uiterst behoeftig gekleed; Z.-N. dat heeft wat -, heeft wat om het lijf; 2 de kachel, de lamp, z’n sigaar -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: