Wat is de betekenis van aangorden?

...

aangorden - Werkwoord 1. (ov) iets met een riem of band om het middel binden ♢ Hij kan maar beter zijn spullen aangorden. 2. (ov) in riemen vastzetten ♢ De kinderen moeten goed aangegord worden. Woordherkomst samenstelling van aan(voorzets...

v., oangurdzje.

(gordde aan, heeft aangegord), boven -de heupen, om het middel vastbinden (in het bijzonder van wapenen gezegd); — (fig.) het harnas, de wapenen aangorden (voor of tegen iemand of iets), de strijd aanbinden, partij trekken, voor of tegen iem. of iets; — .zich aangorden, zie ten strijde uitrusten, wape...

gordde -, h. -gegord (om het middel vastbinden, inz. van wapenen): het harnas -, aantrekken; fig. de strijd beginnen; zich-,a) z. wapenen, b) z. gereedmaken.

('a:n) (gordde aan, heeft aangegord) 1. om het middel vastmaken ; een degen -; zich -, zich wapenen of zich gereedmaken. harnas, wapen. 2. voorzien : het geloof zal ze met kracht -. aangording v. (-en).

aan'gorden (gordde aan, heeft aangegord), boven de heupen, om het middel vastbinden (m.n. van wapens gezegd); (fig.) de wapenen — (voor of tegen iemand of iets), de strijd aanbinden, partij trekken voor of tegen iemand of iets; zich —, zich ten strijde uitrusten, wapenen; (fig.) zich voor een onderneming gereed maken, toerusten.

Aangorden - (gordde aan, heeft aangegord), boven de heupen, om de middel vastbinden (in het bijzonder van wapenen gezegd); (fig). het harnas aangorden (voor of tegen iemand of iets), een strijd aanbinden, partij trekken, voor of tegen iem. of iets; - zich aangorden, zich ten strijde uitrusten, wapenen; (ook fig.) zich voor eene...

...