Wat is de betekenis van aandrang?

aandrang - Zelfstandignaamwoord 1. het aandringen ♢ Er werd grote aandrang op hem uitgeoefend om zijn werk af te maken. 2. aansporing, morele druk ♢ Er was weinig aandrang nodig om hem geld te laten geven voor het goede doel. 3. met klem, nadruk ...

aandrang - zelfstandig naamwoord uitspraak: aan-drang 1. kracht waarmee je iets zegt ♢ met enige aandrang vroeg hij deze zaak te bespreken Zelfstandig naamwoord: aan-drang de aandrang Synoniemen nadruk

Het gevoel dat je snel naar de wc moet om te poepen. Wanneer er poep in je endeldarm (vlak voor de uitgang) zit, krijgt je aandrang om naar de wc te gaan. De sluitspier rondom het poepgaatje (de anus) is normaal aangespannen om het gaatje af te sluiten. Zodra je op de wc zit, ontspant die sluitspier zich en gaat de anus open. Darmspieren aan het ei...

opeenhoping, druk; herhaalde versoek; klem, nadruk.

(hinderlijke) behoefte tot stoelgang, hoesten, blaaslediging e.d., eventueel zonder dat zulks nodig of zelfs mogelijk is; ook bij geestesstoornissen, zie -filie; vgl. incontinentie.

s., oandrang, (oan)driuw, foarsje.

...

m., het aandringen, 1. het stuwen of opdringen naar iets : de aandrang der vijanden, der menigte; aandrang van volk, grote opeenhoping; aandrang van bloed naar de hersenen, opeenstuwing; aandrang hebben of voelen, t.w. om zich te ontlasten; — (zeew.) aandrang der zee, werking der golven op de romp van een sc...

m. (1 het aandringen; 2 opeenhoping; 3 aansporing; 4 nadruk bij het doen van een verzoek, klem, inz. met met): 1 een grote — van mensen, van volk; 2 de - van het bloed naar de hersenen; 3 op — van mijn vader; 4 ik vraag het u met -.