Wat is de betekenis van aandachtig?

2024-04-19
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

aandachtig

met aandacht. met aandacht; aandacht schenkend. Voorbeelden: Na een lichte frictie aan het begin, waar de soliste voortvarender te werk ging dan de dirigent, viel ook hier alles op zijn plaats en toonde Sieghart zich een aandachtig begeleider. http://fvdwaa.home.xs4all.nl/art/vk1426.htm Dirk Brossé toonde zich een aand...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aandachtig

aandachtig - Bijvoeglijk naamwoord 1. met belangstelling, met aandacht, met interesse Mijn zoontje was aandachtig naar de tv aan het kijken. De arts luisterde aandachtig naar de patiënten. Woordherkomst Afgeleid van aandacht met het ach...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

aandachtig

aandachtig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: aan-dach-tig 1. met alle aandacht erbij ♢ aandachtig luisterde ik naar zijn verhaal Bijvoeglijk naamwoord: aan-dach-tig ... is aandachtiger dan ... ...

2024-04-19
Ambtelijk taalgebruik

Wouter de Koning (1976)

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aandachtig

bn. (-er, -st), 1. aandacht schenkende ; de aandachtige luistert, de oplettende tracht te begrijpen, de opmerkzame neemt het gehoorde zodanig in zijn geest op, dat het zijn eigendom wordt; 2. met aandacht geschiedende; — bw., met aandacht. AANDACH’TIGTIEID, v. (g. mv.).

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

aandachtig

bn., bw. (aandacht schenkend, oplettend, opmerkzaam; met aandacht geschiedend): -e toehoorders, een - gehoor; luisteren; -heid, v.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aandachtig

(‘a:n'dachtsch) bn. en bw. (-er, -st) aandacht schenkend : -e toehoorders, luisteren, lezen. Syn. oplettend, opmerkzaam. Tgst. achteloos.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aandachtig

aandach'tig, bn. (-er, -st), 1. aandacht schenkende: een — gehoor; 2. met aandacht geschieden; bw., met aandacht: — luisteren.