Derivaten zijn een bewijsstukken die het recht geven om een goed voor een bepaalde koers te kopen of verkopen. Een derivaat is dus altijd gekoppeld aan een bepaald product of een grondstof, bijvoorbeeld auto’s of olie. De waarde van het derivaat is afhankelijk van de waarde van het product.
Derivaten worden ook wel afgeleiden van producten genoemd. Een derivaat is als het ware een bewijsstuk voor de waarde van een bepaald product. Een voorbeeld van derivaten zijn opties, deze bieden in de toekomst de mogelijkheid om een aandeel te kopen of verkopen voor een bepaalde prijs. Opties hebben binnen de financiële markt alleen betrekking op de koop en verkoop van aandelen, derivaten kunnen ook afgeleiden zijn van dagelijkse producten, zoals appels.
Derivaten hebben als doel om zich in te dekken tegen bepaalde financiële risico’s. Stel, men is bloementeler en sluit een contract af met een koper om de toekomstige oogst te verkopen. Op het moment dat het contract wordt afgesloten, is het echter nog winter, en is het onduidelijk of de bloementeelt zal slagen. Met derivaten wordt een bepaalde prijs afgesproken voor de toekomstige oogst. Voor de bloementeler geeft dit enige zekerheid, hoewel hij of zij bij een top oogst meer had kunnen verdienen, wordt er een stuk meer verdient bij een slechte oogst.
Wanneer een bepaalde kostenpost sterk kan fluctueren, bijvoorbeeld in geval van een bloementeler die afhankelijk is van zijn of haar oogst, kan men zich dus indekken door derivaten uit te geven. Met financiële derivaten, zoals opties, kan men dus als het ware handelen in het risico op een koersdaling- of stijging.
