Begrippenlijst drama

Nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling (2001)

Gepubliceerd op 30-06-2017

Ensemble

betekenis & definitie

Fr.: ensemble: samen, in gezamenlijkheid

Alg.: Groep van toneelspelers. Bijz.: aanduiding voor een theatergezelschap, waarin alle leden (acteurs, regisseur, kostuum- en decorontwerpers, geluids- en lichttechnici, (→) inspiciënt, enz.) onder leiding van een regisseur samen- werken bij het tot stand komen van een theaterproductie, gericht op een volkomen weergave van de intenties van de auteur.
Dit in tegenstelling tot het zogenoemde sterrentoneel, waarbij de productie gedragen wordt door een of meer topacteurs en alles gericht is op het gloriëren van de steracteur(s). De ensemblegedachte ontwikkelt zich met name in de twintigste eeuw, waarbij de praktijk ervan weer bedreigd wordt door de gegroeide almacht van de regisseur met sterallures.
(→) Regisseurstoneel.

Literatuur
- H. de Leeuwe, Toneel en dans
- Erenstein, Een theatergeschiedenis der Nederlanden.