Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

Gepubliceerd op 27-07-2017

basket

betekenis & definitie

(de; -s) AG - handenstut gevormd door twee personen of meer waarop een derde persoon kan zitten, staan of liggen om een acrobatische oefening uit te voeren, bv. een salto uit basket tot stand; bij het vormen van een basket van twee personen grijpt A eerst de eigen pols beet en pakt hij met de vrije hand de pols van B beet; B grijpt met de vastgepakte hand zijn eigen andere pols beet en pakt met zijn vrije hand de pols van A om het handen-polsen-vierkant af te maken.