Gepubliceerd op 29-03-2021

Ivoor(-snijwerk)

betekenis & definitie

„Ivoren”. Reeds in het Late Paleol. werd (Mammoet-)ivoor voor kleine sculpturen gebruikt.

Vondsten in de Fr. grotten (dierplastieken o.m. Dordogne, Pyreneeën ; het beroemde vrouwenkopje van Brassempouy). Z. Paleol. kunst. Z. Fotopag.

Z. Kunstwerken in ivoor, die dikwijls als versiering van meubilair hebben gediend, zijn in het Nab. O. o.m. een typisch product v.h. Kanaan. en Phoenicische kultuurgebied; het materiaal moet door olifanten uit N. Syrië geleverd zijn. De ivoren van dit gebied vertonen een veelheid van motieven van verschillende oorsprong: Eg., Mesop., Aegeïsche en Hittit. motieven komen dikwijls naast elkaar voor; dit vindt zijn verklaring in het feit, dat vrijwel alle verbindingswegen tussen de grote kultuurgebieden over N.

Syrië hepen. Men beschikt over een eerste grote groep van ivoren, die 1350 - 1150 v.C. gedateerd worden en over een tweede groep, die uit de periode 900 - 700 v.C. stamt. Voortbrengselen v.d. Ie periode werden in Ugarit*. Alalach*, Byblos*. Cyprus en Megiddo* aangetrofien.

I. v.d. 2e periode werden gevonden in Teil Halaf*, Arslan Tasj*, Samaria*, Nimrud* en Chorsabad*. Vooral de i. van Nimrud zijn van groot belang; gedeeltelijk werden zij bij de grote opgr. v.d. vorige eeuw gevonden, maar ook de opgr. van na Wereldoorlog II hebben zeer belangrijke stukken opgeleverd, b.v. de zog. „Mona Lisa van Nimrud”.In Egypte werd ivoor voor allerlei versierend snijwerk gebruikt, bekend is o.m. een fraai bordspel*.

De Grieken bekleedden sommige beelden met goud en ivoor (chryselephantine*) en vervaardigden talrijke kleine voorwerpen en versieringen aan b.v. meubels en kisten van ivoor. In hist. tijd werden diptychon* en triptychon met i. versierd.

Van het fraaie antieke ivoor-snijwerk uit India is helaas weinig over. Beroemd is de vondst van Begram*, bestaande uit panelen van kistjes. Er was export naar landen v.d. klassieke beschaving; een yaksi* is aangetroffen in de ruïnen van Herculaneum*.

Ook van oud-Chinees ivoor is weinig bewaard. Vermeldenswaard zijn de ivoren uit de Shösöin*: fluiten, maten, kammen, e.d. en de versieringen a.d. Nyoi (priesterstaven). In de 17e 18e eeuw verschijnen naast vele middelmatige produkten weer een zeer kunstzinnige sculptuur.