goud van 24 karaat.
goud van 24 karaat, dat niet gelegeerd is met andere metalen; goud met 24 delen zuiver goud op de 24.
Voorbeelden:
Zonder morren zette hij de kroon, die van zuiver goud was en zo kunstig gesmeed dat ze schitterde als een zon, op zijn hoofd.
Jotie T'Hooft, Verzameld proza, 1982