Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

werkdagelijks

betekenis & definitie

op iedere werkdag.

op iedere werkdag; verschijnend op iedere werkdag.

Voorbeelden:
Paul de Leeuw komt terug op de buis. Werkdagelijks gaat hij het programma 'Nederland kan de pot op' presenteren. Wat een schijtlollige titel zeg. Enige hoop kunnen we nog putten uit de vermelding dat het om een werktitel gaat.
http://loglynx.blogspot.nl/2003_02_01_loglynx_archive.html, 27 februari 2003

Voortaan zullen de werkdagelijkse webnieuwtjes ook op onze Facebookpagina verschijnen.
http://www.defilatelie.nl/nieuws.php?id=694

Jaren fietste ik werkdagelijks langs het Americain en zag de portiers, wachtend naast de rode loper, hun livrei teken, zo niet stigma van dienstbaarheid.
http://www.groene.nl/artikel/schuttersstuk, 22 september 1999