Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

tennisspeler

betekenis & definitie

iemand die tennist.

iemand die - al dan niet voor zijn beroep - tennis speelt.

Voorbeelden:
"Ik zie mezelf als een geboren vertelster. Ik zit vol verhalen. Dat is altijd zo geweest. Als kind vertelde ik verhalen aan mijn broertje. Op weg naar school breide ik voor mijn vriendinnen een vervolgverhaal aaneen. Zij gaven mij de ingrediënten op. Iets uit een teaterstuk dat in Londen liep. Of als bij voorbeeld Wimbledon bezig was, moest er een tennisspeler in voorkomen."
De Standaard, 1995

Peter Korda was vandaag de eerste tennisspeler die in Flinders Park werd bestraft omdat hij langer dan twintig seconden nodig had om met de service te beginnen.
NRC, 1995

De bond van tennisspelers ATP heeft de spelers gewaarschuwd dat wangedrag onherroepelijk tot diskwalificatie zal leiden.
De Standaard, 1996

Speciaal ontwikkelde contactlenzen bieden tennisspelers voortaan de mogelijkheid ballen met een hoge snelheid eerder te zien, waardoor zij minder verrast worden door bijvoorbeeld harde services van meer dan 160 kilometer per uur.
De Telegraaf, 2002

Het Hooggerechtshof in Londen wees het verzoek van de tennisspelers Mats Wilander en Karel Novacek tegen de wereldtennisfederatie (ITF) af. De twee toptennissers eisten de stopzetting van disciplinaire procedures wegens dopinggebruik in afwachting van een geding ten gronde, in juni, waarin ze de dopingprocedures als "onfair" willen aanvallen.
De Standaard, 1996