trein die met stoomkracht wordt aangedreven.
Voorbeelden:
Toen de eerste stoomtreinen verschenen hebben boeren zowel als wetenschappers zich fel verzet omdat bewezen was dat de koeien minder melk gaven.
NRC, 1994
Hij had zojuist op het hek gestaan van het viaduct omdat er een oude stoomtrein voorbij was gekomen. Het was een ervaring geweest van leven in de wolken.
Thomas Lieske, Franklin, 2002
De mens was bevreesd voor de komst van boeken, stoomtreinen, elektriciteit, atoomenergie en nog veel meer, maar heeft alles (tot nu toe) overleefd.
De Groene Amsterdammer, 2000
Het feit dat met de stoomtrein Goes-Borsele ook fietsen kunnen worden meegenomen, maakt dit rondje extra attractief.
Provinciale Zeeuwse Courant, 2003
Een groot aantal 19e eeuwse uitvindingen (telefoon, fotografie, stoomtrein,...) en het ontstaan van een welstellende burgerij van industriëlen en handelaars, droegen bij tot de opkomst van een nieuw fenomeen: het toerisme.
http://onva-rjv.fgov.be/nl/pdf/ontstaan%20en%20evolutie.pdf, 1994
Op donderdag 12 mei, Hemelvaartsdag, zijn op diverse plaatsen in het land stoomtreinen in bedrijf te zien.
Meppeler Courant, 1994
Bijna geruisloos stromen de riviertjes door de vallei, terwijl de Chemin de Fer des Trois Vallées de stoomtreinen van weleer rustig tegen de heuvelruggen laten puffen.
De Standaard, 1996
Met een oude stoomtrein of railbus wordt u over de befaamde Miljoenenlijn vervoerd, dwars door het panoramische heuvelland.
http://www.cuci.nl/bungsimp/
De stoomtrein die langs dendert waardoor de tuin begint te stomen en te dampen en de ontwortelde perebomen en kerselaars vlotten, de flitsende kriekrode sprankels van de kolen van de trein.
Hugo Claus, Het verdriet van België, 1983
Het leven trok niet, zoals de mensen zeiden, als een film aan haar voorbij. Het was eerder een stoomtrein die, voor hij langzaam op snelheid was gekomen, alweer ging stoppen bij een volgend stationnetje.
Mensje van Keulen, Overspel, 1982
De rust keerde weer in ons huis. Tot de zondag dat de stoomtrein ons station zou aandoen. Mijn vader stond klaar in volledig tenue. Ik had hem de hele ochtend moeten masseren, de fiets was tot in de details geïnspekteerd, de drinkbus was gevuld met koude citroentee, hij had zijn mooiste truitje aangetrokken en de oefenrit op de rollen was bevredigend geweest.
Mark Van Impe, Stoom, 1980
Nog altijd als ik de stad inrij, de viadukt over, langs de te kort gesnoeide populieren, de ijzeren leuning die nog altijd doorbuigt, over de rails waar nu geen stoomtreinen meer daveren, - telkens als ik de stad inrij, moet ik aan mijn vader denken.
Mark Van Impe, Stoom, 1980
Niet minder terecht beroemd is Nijhoff's beschrijving van een perron waar een stoomtrein klaar staat om te vertrekken.
W.F. Hermans, Ik draag geen helm met vederbos, 1979