Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

politieauto

betekenis & definitie

auto van de politie.

auto van de politie met een logo en bepaalde kleuren (bijv. blauw-wit) en met zwaailichten op het dak.

Voorbeelden:
Even later kwam een brandweerauto voorbij, daarna een politieauto, gevolgd door een ambulance en weer een voertuig van de brandweer.
W.F. Hermans, Boze brieven van Bijkaart, 1977

Ik bleef met grint gooien, ook toen er een politieauto de hoek omkwam en voor de deur stilhield. Er stapten twee agenten uit die bij de buren werden binnengelaten en kort daarop in gezelschap van Lars en de buurman weer naar buiten kwamen.
Michael Eenhoorn, Bulgaar in Wassenaar, 1990

Onder bedreiging van vuurwapens lieten twee daders zich de inhoud van de kassa's en van de brandkast overhandigen. Daarop gijzelden zij een automobilist en vluchtten in diens wagen via de N4 in de richting van Gembloers. Een politieauto zette de achtervolging in.
De Standaard, 1997

< >