Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

piercen

betekenis & definitie

een piercing zetten.

een sieraad in de vorm van een ringetje of een staafje door de huid prikken; een piercing zetten.

Voorbeelden:
Ze had gemillimeterd haar, had een opzichtige tatoeage op de bovenarm en haar tong was gepiercet, maar al bij al was het geen lelijk meisje.
Pieter Aspe, Pandora, 2003

Holsjer verklaart met nadruk dat hij kinderen met een verzoek om een piercing de winkel uit zet [...]. "We hanteren de voorschriften van de GG&GD in Amsterdam." Die schrijft voor niet te piercen onder de achttien jaar, zonder toestemming van de ouders.
Rotterdams Dagblad, 2003

Piercing, of het doorboren van weke delen van het lichaam met de bedoeling in de gaatjes sieraden te dragen, is zo oud als de mensheid zelf. Inheemse volkeren piercten zichzelf of anderen sinds mensenheugenis.
http://www.miss-piercing.nl/alginfo/piercinfo.html

Het verbaast me niets dat mensen die eenmaal een piercing hebben na verloop van tijd nieuwe piercings laten zetten tot ze ringetjes hebben in ieder deel van het lichaam dat gepiercet kan worden.
http://www.xs4all.nl/~tateoac/

Een uitwendige navel heeft meestal te weinig steunend weefsel om met succes een piercing te dragen; als je wel zou piercen, heb je kans dat je in het litteken van de navelstreng terecht komt, en hierdoor loop je een kleine kans op een leverontsteking.
http://piercing.roscher.nl/