zeer kenmerkend voor Nederland.
heel erg Nederlands; zeer Nederlands; typisch Nederlands; in hoge mate kenmerkend voor Nederland.
Voorbeelden:
De gepensioneerde oud-directeur van Shell Nederland is sinds eind 1999 voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW. Zijn hart ligt bij het ondernemen, liefst internationaal. Als oud-expat is hij op zijn hoede als het om oer-Nederlandse arbeidsverhoudingen en sociale kwesties gaat. 'Over pensioenen weet ik weinig', zegt hij. Maar intussen is hij bij Shell wel jaren voorzitter van het pensioenfonds geweest, en kent hij de problematiek als zijn broekzak.
de Volkskrant, 2003
Mijn grootvader en zijn gezin zagen in mijn moeder ogenblikkelijk het begeerde oer-Nederlandse, maar zij herkenden tegelijk de lotgenoot, vertrouwd met een vreemde omgeving.
NRC, 1995
Het oer-Nederlandse artikel 23 van de grondwet ligt onder vuur. Dit artikel regelt de vrijheid van onderwijs, oftewel: de vrijheid een school op te richten op basis van religie of levensovertuiging.
https://nos.nl/op3/artikel/2303677-zijn-christelijke-en-islamitische-scholen-nog-van-deze-tijd.html, 28 september 2019
Een zonnig terras met verrukkelijke hapjes en drankjes, een zandstrand en lekker zwemwater: bij Strand Zomer vindt je alles voor een heerlijke zomerdag. Of het nou tropisch heet of oer-Nederlands nat is, hier word je elke dag warm ontvangen.
https://www.ontdeknieuwkoop.nl/aanbieder/p-131/strand-zomer
De Taalunie gunde de begrippen "onderwijzersmodernisme" en "eindexamenklachtenlijn" en "deelnemingsvrijstelling" een plaatsje. Maar "Steinerschool", of "totnogtoe"', of "sint-jacobsschelp" of "des te meer" kon er niet in. Het geeft wel "cocaproducerend" maar niet "wijn-, hout-" of "graanproducerend". Het kent wel "oer-Hollands", "oer-Nederlands", "oer-Engels" en "oer-Russisch". Maar "oer-Vlaams" kon er niet bij.
De Standaard, 1996
