japon die 's nachts wordt gedragen.
japon die meestal 's nachts wordt gedragen tijdens het slapen en die vooral door vrouwen gedragen wordt.
Voorbeelden:
Hij ziet het angstige gezicht van zijn vrouw, ze drukt haar neus even tegen de zijne; dat gezicht kent hij goed, beter nog dan zijn eigen – hoe vaak heeft hij dat gezicht niet bekeken, bestudeerd zou je moeten zeggen? Net zo goed kent hij de nachtjapon, haar haren. Er kleeft, zoals zo vaak om deze tijd van de dag, een restje nachtcrème aan de neusvleugel, maar de angst is nieuw.
Arnon Grunberg, De asielzoeker, 2003
Toen ze in haar nachtjapon stond, knielde ze voor het bed neer, vlak voor me, zodat ik haar goed kon zien: de ellebogen op de houten rand van het bed, de handen gevouwen, het hoofd geheven, de ogen gesloten.
Ger Verrips, Nathalie, 1984
