Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

kanis

betekenis & definitie

hoofd.

Voorbeelden:
Vera trok helemaal bleek weg en het zweet gutste, als kwam het uit duizend poriën tegelijk, van haar kanis.
Herman Brusselmans, De droogte, 2003

'We hebben er al ene met een kogel in z'n kanis in het ziekenhuis liggen,' zei 't Jodinneke.
A.F.Th. van der Heijden, De tandeloze tijd. Dl. 1: Vallende ouders, 1983