druivenplant.
druivenplant; druivenstruik; wijnstok.
Voorbeelden:
Achteloos stond hij op één been, het andere opgetrokken steunend tegen de verandamuur, waartegen een druivelaar zwaargeladen omhoog klom.
Lut Ureel, De lange geboorte, 1977
De druivelaars hebben een stam van ongeveer 60 a 70 cm hoogte.
http://www.rennes.be/wijn/viwf/