Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

bankdirecteur

betekenis & definitie

directeur van een bank.

Voorbeelden:
Het aandelenklimaat is niet slecht en nogal wat bankdirecteurs overal te lande sloven zich uit om dat aan hun klanten duidelijk te maken.
De Standaard, 1997

In plaats van een bank te overvallen ontvoer je de bankdirecteur: het is minder gevaarlijk en de buit is minstens even groot.
De Standaard, 1996

Een van de bankdirecteuren van Portage Savings prees Arthur als een toonbeeld van rechtschapenheid en burgerzin en verklaarde dat zijn optreden tijdens de bankoverval van 'aangeboren moed' getuigde.
Porter Shreve, De necrologieschrijver: een obsessieve zoektocht, 2001

Bankdirecteurs mag je voor alles storen, zolang het over geld gaat.
Pieter Aspe, Pandora, 2003

Lid van de Raad van Bestuur van ING Nederland, D. Boot, vertelde op de receptie dat bankdirecteuren in november in Londen waren om over een overname te onderhandelen, maar toen als kleine jongens werden behandeld.
Meppeler Courant, 1995