Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

bakeliet

betekenis & definitie

kunsthars.

meestal donkerkleurige, harde kunsthars die vooral in de jaren vijftig van de twintigste eeuw veel gebruikt werd voor het maken van schalen, (radio)kastjes, telefoontoestellen en stopcontacten.

Voorbeelden:
In 1923 begon Philips in Eindhoven een eigen bakelietfabriek voor de aanmaak van radio's en luidsprekers. Aanvankelijk was bakeliet een handige vervanger van natuurlijke materialen zoals hout en been, ivoor en steen, meer niet. Pas na 1920 gingen de vormgevers zich ervoor interesseren en komen er mooi gestroomlijnde objecten op de markt in modieuze art-decostijl.
De Standaard, 1997

Met de uitvinding van nieuwe materialen - bakeliet, bijvoorbeeld, en celluloid - en het gebruik van niet-edele grondstoffen ontworstelden ontwerpers zich aan het keurslijf van goud en diamant en kregen ze de vrijheid om te experimenteren.
NRC, 1995