Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

akkerbouwer

betekenis & definitie

boer die akkerbouwgewassen teelt.

boer die akkerbouwgewassen als granen, voedergewassen, aardappelen en suikerbieten verbouwt.

Voorbeelden:
De akkerbouwers hebben slechte jaren achter de rug.
Meppeler Courant, 1994

Akkerbouwers krijgen nu op de vrije markt voor aardappelen van goede kwaliteit een tot twee centen per kilo.
http://www.lto.nl/

De akkerbouwer die veevoer gaat telen verruimt zijn vruchtwisseling, de veehouder kan zijn mest meer kwijt.
NRC, 1994