17de- en 18de-eeuwse Turkse tapijten die voor het eerst in de 20ste eeuw in een aantal kleine protestantse kerkjes in Hongarije werden aangetrofifen. zodat men eerst aannam dat ze daar ook werden gemaakt. Ze stammen echter uit Anatolië.
De kleur en het patroon vertonen verwantschap met de Ouchac-bidkleden: een dubbele mihrab en een met ranken, arabesken en vazen gevuld middenveld. Kenmerkend is de randversiering met afwisselend siervormige en gerekte cartouches versierd met arabesken. In tegenstelling tot de Ouchac hebben deze tapijten een grotere kleurenscala, waarin naast rood, ook geel, naturel en wit voorkomen.