(1664 -1731). Du. goudsmid, werkz. in Dresden.
In 1698 werd hij benoemd lol hofjuwelier van Augustus de Sterke, keurvorst van Saksen: hij werkte toen uitsluitend in diens opdracht. Hij zette de traditie van de grote Europese goudsmeden, zoals Cellini en Jamnitzer voort. In 1701 maakte hij zijn eerste belangrijke werk. een koffieservies op een verguld zilveren piramidevormig blad, met o.a. geëmailleerd gouden kopjes, borden, suikerschalen. kristallen flacons, ivoren beeldjes en een koffiepot met een handvat in de vorm van een slang en een tuit in de vorm van een draak: de kopjes en schoteltjes waren als porselein beschilderd. Andere werkstukken: tafelsierstukken ontworpen volgens een bepaald thema, zoals bijv. het Hof van Delhi op de verjaardag van grootmogol Aureng-Zeb, met 132 gemodelleerde figuren van mensen en dieren, vazen, bokalen, enz. Zijn detailkennis ontleende hij aan gravures in reisbeschrijvingen en archeologische boeken. Hij werkte met goud, zilver, verguld-zilver, email, edelstenen en sierstenen enz. In Dresden worden enige stukken van hem bewaard.