Godsdienst die met name in India verbreid is. Het hindoeïsme wordt door zijn aanhangers vaak aangeduid als Sanātana Dharma (''de eeuwige wet die ons ondersteunt en overeind houdt"). In de hindoeïstische traditie werden marteling en mishandeling al in de 3e eeuw v.C. verboden.
Het hindoeïsme kent vier hoofdstromingen: het vaishnavisme, het shaivisme, het shaktisme en het smartisme. De hindoeïstische opvatting van geweldloosheid en geweldloze weerbaarheid maakte Mahatma Gandhi (1869-1948) tot een tegenstander van alle straffen, ook voor dieven en moordenaars. Krijgsgevangenen moeten humaan worden behandeld en zo snel mogelijk vrijgelaten. Het hindoeïstisch fundamentalisme dat vooral sinds eind jaren negentig in India is opgekomen heeft wel geleid tot gewelddaden, zoals het verdrijven van moslims en sikhs uit bepaalde regio's.
Hindoes hebben respect voor alles wat leeft. Veel hindoes zijn vegetariër, omdat ze geen dieren willen doden om te eten, maar ook omdat ze hun geest "zuiver" (sattvisch) willen houden. De koe staat centraal in het hindoeïsme en wordt mede om die reden aanbeden. Het is een eerbetoon aan een dier dat door de grote hindoegeleerden wordt aangeduid als 'de moeder der schepselen', onder andere door de bijzondere aandacht die het dier aan een kalf besteedt. Ook voorziet een koe de mens van melk en werkkracht op het platteland.
Van de bijna 1,2 miljard mensen tellende bevolking van India wordt ruim 80% gerekend tot hindoe. In de rest van de wereld leven nog bijna 55 miljoen hindoes. Geen enkele staat heeft het echter meer als staatsgodsdienst.
