Het te bestemder plaatse brengen van de op een zaaibed of plantbed opgekweekte planten (z. Planten, Kluitplant, Blanke wortel, Heuvelplanting).
Bij het u. moet men er voor zorgen, dat de planten op de juiste diepte worden ingezet en dat de wortels daarbij niet worden omgebogen. De plantgaten moeten zorgvuldig worden aangeaard. Het verdient aanbeveling van te geil ontwikkeld plantmateriaal eventueel de wortels en de topscheut wat in te korten, om verdroging te voorkomen.