Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Punica

betekenis & definitie

is het enige gesl. der fam. Punicaceae, kleine bomen en heesters uit de tropen en subtropen omvattend.

De bekendste is P.granatum L., de granaatappel of (Indon.) delima, die van die Balkan tot de Himalaya in het wild voorkomt en tegenwoordig in vrijwel alle trop. en subtrop. gebieden is aangeplant om de rode vruchten, ter grootte van een sinaasappel met talrijke zaden in een rood, zuurzoet moes. de vermeerdering geschiedt door stekken, worteluitlopers of tjangkokkans. Bloei Juni Juli, oogst Sept./Oct., even voor de rijpheid. Bewaren als appels.Pharmaceutisch is van belang de vruchtschil (Cortes fructus granati) om de looistoffen (ellagzuur) en de wortel-, stam- en takbast (Cortex granati) om het alkaloïdengehalte (0,5 % pelletierine, isopelletierine, e.a.). Indische bast van P. granatumfl. albo bevat ca 2 % alkaloïden. De bast wordt verzameld van oude of zieke bomen en gebruikt tegen lintwormen. P.granatum wordt ook als potplant gekweekt om de witte of gele, meestal gevulde bloemen en de rode granaatappelen.