Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Plantengeografie

betekenis & definitie

bestudeert de verspreiding der planten, haar oorzaken en haar geschiedenis. Van de oudste tijden af ontging het natuurliefhebbers niet, dat plantensoorten aan bepaalde gebieden gebonden zijn en dat er opmerkelijke verschillen optreden in de samenstelling van de vegetatie, maar het duurde tot 1807, voordat van een p. als wetenschap kon worden gesproken.

In dat jaar zagen ALEXANDER VON HUMBOLDTS meesterlijke geredigeerde Ideen zu einer Geographie der Pflanzen het licht als resultaat van de volledig verwerkte indrukken van enige jaren reizen in tropisch Z. Am. en in de Andes. Het zeer ruime arbeidsveld van die wetenschap werd door hem in al zijn groepen van problemen klaar aangegeven. De bijzondere plantk. was toen zover gevorderd, dat pogingen om de kennis in die richting te verdiepen veel beloofden. GRISEBACH, die jarenlang overzichten over de steeds aangroeiende lit. gaf, kwam in 1866 tot een indeling in 3 onderdelen: een topografisch, een klimatologisch en een geol., die resp. als onderzoekterrein hebben de daadwerkelijke verspreiding, de invloed van het milieu op, en de betekenis van de aardgeschiedenis voor die tegenwoordige groepering. Deze logische indeling naar het waar, het hoe en het waarom is nog steeds onveranderd in gebruik, slechts de namen zijn vervangen door termen, die alle meer de plant op de voorgrond plaatsen, nl. floristische, ecologische en genetische p.

In het begin was het vooral de floristische tak, die de aandacht trok. Tegen het eind van de 19e eeuw werd veel baanbrekend werk verricht op het gebied van de ecologische tak, uit welke tijd 2 standaardwerken stammen: WARMINGS Oekologische Pflanzengeographie en SCHIMPERS Pflanzengeographie auf physiologischer Grondlage. Als gevolg van het doordringen van de evolutie-gedachte trekt daarna vooral de genetische p. veler belangstelling, waarnaast echter de eerste afdeling niet vergeten wordt. te noemen zijn de recente werken van de Am. CAEN, Foundations of Plant Geography, 1944 en van de Eng. GOOD, The Geography of Flowering Plants, 1947.

< >