Het toppunt van Nederland

Aad Struijs (2002)

Gepubliceerd op 30-07-2018

Den haag

betekenis & definitie

DEN HAAG ook wel 's-GRAVENHAGE. De residentie is een stad vol tegenstellingen. Een stad van pruiken en petten. Van 's-Gravenhage en Den Haag. Van Couperus' geesteskind Eline Vere, die beschaafd een taartje eet in het chique Hotel Des Indes en van Haagse Harry die 'niet te wènag kankûhrt' op alles en iedereen, terwijl hij een pilsje pakt in een bruine kroeg. (Tussen haakjes: uit de opbrengst van zijn eerste roman Eline Vere kocht de schrijver Louis Couperus het pand aan de Javastraat 17, waarin tegenwoordig het Louis Couperus Museum is gevestigd.)

Den Haag werd op de kaart gezet in 1248, toen Willem II, graaf van Holland, een plek zocht om zijn 'Conincklijk Paleys' te bouwen. Hij koos voor Die Hage, een onbeduidend vlekje achter de duinen. De dorpelingen waren blij met de keuze, want zij hoopten dat de graaf meteen stadsrechten zou verlenen. Maar Willem en zijn opvolgers beslisten anders. Die Hage werd weliswaar het machtscentrum van Holland, maar moest een dorp blijven, want alleen dan voelden geen van de trotse Hollandse steden zich gepasseerd. En dus is Den Haag nog steeds het grootste dorp van Nederland.

Maar wie door de residentie wandelt, waant zich niet in een plattelandsdorpje. Het vlekje Des Graven Hage groeide uit tot een werelddorp, een metropool met de internationale allure en grandeur die past bij de rol van hofstad, diplomatiek centrum, justitiële navel van de wereld en regeringszetel. Nederland is overigens een van de weinige landen in de wereld waar het staatshoofd, de regering en het parlement niet in de hoofdstad zijn gevestigd.

Koning Beatrix pendelt in Den Haag tussen haar woonpaleis Huis ten Bosch en haar werkruimtes in paleis Noordeinde. Huis ten Bosch staat in de Monumenten Top 100.

In het openbare gedeelte van de tuin bij paleis Noordeinde herinnert een zuil aan de eerste ballonvaart boven Nederland, gemaakt op 12 juni 1785. De Franse ballonvaarder Jean Pierre Blanchard steeg op in de paleistuin en zag zijn historische vlucht eindigen in Zevenhuizen. Daar vernielden boze boeren het luchtschip met hooivorken. Zij eisten een schadevergoeding van 20 dukaten.

TIP: Paleis Huis ten Bosch en paleis Noordeinde zijn niet voor het publiek toegankelijk. Wie toch iets van de koninklijke grandeur op wil snuiven kan terecht in het paleis aan het Lange Voorhout 74. Deze voormalige winterresidentie van koningin Emma doet tegenwoordig dienst als Museum Het Paleis.

Den Haag is het diplomatieke centrum van Nederland. Op woensdagochtend komen nieuwe ambassadeurs naar paleis Noordeinde om hun geloofsbrieven aan te bieden aan koningin Beatrix. Het bespaart een postzegel en de nieuwe diplomaat kan zich meteen aan Hare Majesteit voorstellen. Dat gaat gepaard met een hele ceremonie. De nieuwe ambassadeur en zijn gevolg - vaak uitgedost in nationale kledij - rijden in koetsen, geëscorteerd door agenten te paard, naar het Noordeinde. Daar speelt een militaire muziekkapel het volkslied en wordt de erewacht geïnspecteerd. Het publiek kan er met de neus bovenop staan.

In Den Haag klopt het hart van onze democratie. Bezoekers mogen in de boezem en de kamers kijken. Het beroemde Torentje van de premier is weliswaar voor het publiek gesloten, maar het stemvee is wel welkom op het aanpalende Binnenhof. Dagelijks (behalve op zondag) zijn er rondleidingen door de Ridderzaal en de Eerste of Tweede Kamer. Elk jaar maken 60.000 bezoekers er gebruik van. Meest gestelde vraag in de Ridderzaal: 'Mag ik even op de troon gaan zitten?' Maar een strak en streng touwtje voorkomt het plegen van zulke majesteitsschennis. Een monogram met de letter B van Beatrix siert de troon.

De letter is op een verwisselbaar paneeltje gemonteerd. Als Willem-Alexander de troon bestijgt kan er dus in een handomdraai een W op worden geschroefd. Dat monogram ligt nog ergens op zolder, uit de tijd van Wilhelmina: een vorstelijke vorm van recycling dus. De rondleidingen starten in het bezoekerscentrum, dat is gevestigd in de kelder van de Ridderzaal. Daar hangt ook een unieke tijdbalk van 2 bij 6 meter. De complete politieke en staatkundige geschiedenis van Nederland gedurende de laatste 12 eeuwen is erop gekalligrafeerd. Er staat ook een maquette van het Binnenhof.

Met zijn twee markante torens domineert de Ridderzaal het Binnenhof en het Buitenhof, met als verbindende schakel daartussen de Gevangenpoort. Dat hele complex staat in de Monumenten Top 100 van Nederland. Die plaats is niet alleen te danken aan de architectonische waarde, maar ook aan de symbolische betekenis in de geschiedenis van ons land. Ook de stedenbouwkundige waarde is groot, zeker als het complex wordt gezien in samenhang met de aangrenzende Hofvijver, De Plaats, Het Plein en het Mauritshuis*, ook een Top 100-monument (1644). Bij elkaar vormen ze een van de mooiste en meest fotogenieke plekken van Den Haag.

De naam zegt het al: de 14de-eeuwse Gevangenpoort deed dienst als gevangenis. Tot de bekendste gevangenen behoorden Coornhert en Cornelis de Witt, die op 20 augustus 1672 samen met zijn broer Cornelis door het gepeupel werden gelyncht (zie ook: Dordrecht). De Gevangenpoort is tegenwoordig een museum. Er is te zien hoe de beul vroeger in naam der wet aan de slag ging. En met welke gruwelijke werktuigen hij gevangenen folterde of voorgoed van hun kopzorgen verloste. Een bezoek aan het meest gruwelijke museum van Nederland is een afdaling in de donkerste en smerigste kerkers van de menselijk geest.

Wie al een wee gevoel in de maag krijgt als de dokter een injectie geeft of de slager een onsje rosbief snijdt, kan de Gevangenpoort maar beter mijden. Want de verzameling straf- en martelwerktuigen is niet bepaald opwekkend: duimschroeven, handige bijltjes om voeten af te hakken, ijzers om ketters te brandmerken, folterhalsbanden gevoerd met vlijmscherpe pinnen en andere nachtmerries, bedacht door verderfelijke en zieke geesten die bijvoorbeeld het onthoofden tot een ware kunst verhieven. De beul hakte er niet als een kip zonder kop op los. Er bestonden zelfs verschillende technieken om iemand een kopje kleiner te maken. De simpelste was natuurlijk: hoofd op het blok, een ferme houw en klaar was Kees. Effectief, dat wel. Maar de toegestroomde ramptoeristen beleefden er weinig spektakel aan.

Dat was wel anders als de ware scherprechter koppen liet rollen. De kijkers konden dan rekenen op een bloedstollend showtje. De veroordeelde zat geknield met het hoofd rechtop. De beul ging met zijn zwaard op enige afstand van zijn slachtoffer staan, nam een aanloop, draaide een pirouette en scheidde met een ferme klap het hoofd van de romp. Applaus. Adres: Buitenhof 33.

Pal naast de Gevangenpoort is in de Galerij Prins Willem V te zien dat de menselijke hand die vernielt, martelt, ogen uitbrandt, tongen doorboort en koppen snelt ook in staat is wonderschone dingen te scheppen. De schilderijengalerij werd in 1774 opengesteld voor het publiek en is daarmee het eerste kunstmuseum in Nederland. Het is ingericht als een 18de-eeuws kunstkabinet. De collectie weerspiegelt de smaak van Stadhouder Willem V en laat zien welke soorten schilderijen in de tweede helft van de 18de eeuw in de mode waren. Adres: Buitenhof 35.

In 1998 vond de Nederlandsche Bank in een moderne versie van de ouwe sok honderd miljoen gulden. Honderd miljoen! Besloten werd dat extraatje aan het Nederlandse volk te schenken. Maar eerlijk delen had geen zin: 6,25 gulden of 2,84 euro per persoon is immers geen vetpot. Daarom werd besloten er een gezamenlijk cadeau van te maken, als herinnering aan de periode 1814-2002, waarin de Nederlandsche Bank verantwoordelijk was voor de gulden als betaalmiddel. De keuze viel op 'Victory Boogie Woogie', het laatste schilderij van Piet Mondriaan.

Het onvoltooide werk is het duurste schilderij dat ooit door een Nederlands museum is gekocht. Het hangt in het Haags Gemeentemuseum en is van u en van mij. Maar wie zijn eigen cadeau wil bekijken moet wel entree betalen (of in het bezit zijn van een Museumjaarkaart - de sleutel die op meer dan 400 musea past).

Het Haags Gemeentemuseum is de aangewezen plek om 'Victory Boogie Woogie' op te hangen. Het bezit immers de grootste collectie Mondriaans in de wereld. Het museum toont behalve 19de- en 20ste-eeuwse kunst (onder andere Haagse School) ook kunstnijverheid, stijlkamers, keramiek, glas, zilver van de Verenigde Oost-Indische Compagnie, muziekinstrumenten en de grootste modecollectie van Nederland (55.000 creaties). Het is het enige museum dat van alle prenten van M.C. Escher een afdruk bezit. Uniek is dat ook het schitterende museumgebouw deel uitmaakt van de collectie. Het is de laatste schepping van de architect H.P. Berlage. Hij heeft het eindresultaat nooit mogen aanschouwen. Hij stierf voordat de bouw was voltooid. Adres: Stadhouderslaan 41

TIP: De op één na kostbaarste aanwinst uit de Nederlandse museumgeschiedenis hangt eveneens in Den Haag. Het is Rembrandts Portret van een oude man (1667). Het Mauritshuis* kocht het in 1999 voor 32 miljoen gulden.

In een speciaal ontworpen gebouw leiden een smalle donkere gang en een wenteltrapje 120 jaar terug in de tijd. Wie zijn voet op de bovenste trede zet staat midden in het grootste schilderij van Nederland: het Panorama Mesdag. Je wordt omringd door een imposant vergezicht op de Noordzee, een weids strand, de duinen en het pittoreske Haagse vissersdorp Scheveningen anno 1880. En het is allemaal nét echt. Er is weinig fantasie voor nodig om de wind op je huid te voelen en het gemurmel te horen van de golven die loom op het strand kabbelen.

Het reusachtige, cirkelvormige schilderij, dat door optisch bedrog de illusie van de werkelijkheid oproept, is 1680 vierkante meter groot, 14 meter hoog en 120 meter in omtrek. Het is het beroemdste werk van de zeeschilder Hendrik Willem Mesdag. Hij schilderde het in 1880-1881 in vier maanden tijd, samen met zijn vrouw Sientje Mesdag-van Houten en zijn collega's G.H. Breitner, Th. de Bock en B.J. Blommers. Het resultaat is een van de mooiste en grootste nog overgebleven panorama's in de wereld. Het Panorama Mesdag is een magistraal kunstwerk in de traditie van de befaamde Haagse School en van zo'n grote cultuurhistorische betekenis, dat het in de Monumenten Top 100 belandde. Het is aan het einde van de 20ste eeuw op fenomenale wijze gerestaureerd en oogt weer even fris als in 1881. Adres: Zeestraat 65.

TIP: Meer Mesdags en andere schilderijen, tekeningen en etsen uit de Haagse School en de school van Barbizon hangen in Museum Mesdag. Adres: Laan van Meerdervoort 7f.

De eerste postzegel van het eiland Mauritius met een waarde van two pence uit 1847 is de beroemdste, zeldzaamste en kostbaarste postzegel in de wereld. Van deze 'Blauwe Mauritius' bestaan slechts zes gestempelde en vier ongebruikte exemplaren, alsmede twee gestempelde op een brief. Een van de kostbare ongestempelde zegels bevindt zich sinds 1994 in de collectie van het Museum voor Communicatie. Groot-Brittannië introduceerde in 1840 als eerste land in de wereld postzegels. Sir William Gomm, de Britse gouverneur van Mauritius, voerde deze postale nieuwigheid op 21 september 1847 op het Oost-Afrikaanse eiland in. De lokale horlogemaker kreeg de opdracht gravures te maken voor 500 rode postzegels van one penny en 500 van two penny. Per vergissing graveerde de juwelier de woorden 'Post Office' in plaats van 'Post Paid' (= port betaald) in de drukplaat. Tijd om de fout te herstellen was er niet, want de echtgenote van de gouverneur wilde de uitnodigingen voor een gekostumeerd feest op 30 september 1847 met de nieuwe postzegels frankeren en zo pronken met de nieuwe postale primeur. Deze overlevering ligt aan de basis van de bekendheid van de 'Blauwe Mauritius'.

Het Museum voor Communicatie (het vroegere PTT Museum) toont de geschiedenis van de post, telegrafie, telefonie en andere communicatiemiddelen van de 16de eeuw tot morgen. In de verzameling bevinden zich unieke objecten, waaronder het laatste PTT-Dafje, brieven uit de neergestorte Uiver (zie: Lelystad, Fl), de oudste postsorteermachine ter wereld, luchtpostzakjes van de eerste postvlucht naar Indië, unieke VOC-stempels die nergens anders te bezichtigen zijn en de kleinste brievenbus ter wereld, afkomstig uit een vliegtuig uit 1925. Verder: de allereerste mobiele telefoon (uit 1939, met de afmetingen van een koffer), een van de oudste telefoons in de wereld (uit 1881) en de oudste telefooncel van Nederland. De afdeling filatelie toont onder meer de eerste Nederlandse postzegelautomaat (uit 1908), de kleinste postzegel ter wereld (8 bij 9,5 millimeter) en de grootste postzegels in de wereld. Adres: Zeestraat 82.

Het populair-wetenschappelijke museum Museon is zo spannend als een geheimzinnige rommelzolder. In alle hoekjes en gaatjes kom je de meest vreemde en interessantste dingen tegen op het gebied van geologie, biologie, milieu, natuurkunde, techniek, geschiedenis, oudheidkunde en volkenkunde, van oerknal tot vandaag. Tot de vele curiositeiten behoort bijvoorbeeld de Hydrochus megaphallus, de wetenschappelijke naam voor een waterkever met (in verhouding) de grootste penis van alle dieren. Het mannelijk geslachtsdeel is ongeveer half zo lang als zijn eigen lichaam (circa 4 mm). Er is weinig fantasie voor nodig om je voor te stellen wat dat voor een mannelijke lid van de homo sapiens zou betekenen. De kever werd in 1988 door een conservator van het Museon ontdekt langs de Waal. Het museum toont ook de vrouwelijke variant. En inderdaad, ook zij heeft een kolossaal geslacht, want het moet natuurlijk allemaal wel passen.

Het Museon bezit het oudste bewaard gebleven mammoethaar in de wereld. De pluk is afkomstig van een 12-jarige vrouwtjesmammoet, die ongeveer 9600 jaar geleden het loodje legde op het schiereiland Gydan in West-Siberië. In het museum ligt ook het grootste ei ter wereld. Het is in een ver verleden gelegd door de Madagaskarstruisvogel, ook wel olifantsvogel genoemd, de grootste loopvogel die ooit op aarde rondspookte (zie: Noorderdierenpark Emmen, D).

Het Museon is de trotste bezitter van een uniek fossiel van een echte allosaurus. Bijzonder aan dit exemplaar is dat het voor 80 procent origineel is, een unicum in Nederland. Aan de 8 meter lange en 3,30 meter hoge knekellegpuzzel ontbreken slechts enkele stukjes, maar die zijn knap nagemaakt. De rest is origineel. Zelfs het gebit is niet vals. In het laatste gedeelte van de Juraperiode (ruwweg 155 tot 148 miljoen jaar geleden) was de allosaurus de grootste vleeseter die rondstampte. Volwassen exemplaren konden 8 tot 12 meter lang worden.

In 1999 bereikte het Museon een mijlpaal. Vier mijlpalen zelfs. Romeinse. Ze werden opgegraven in het Wateringseveld in Den Haag. De archeologische vondst is uniek, want nooit eerder zijn in Nederland mijlpalen in een cluster opgegraven, laat staan vier naast elkaar in situ, zoals de archeoloog dat noemt.

Een andere mijlpaal was de vondst, in Rijswijk, van het oudste grafveld in West-Nederland. Het stamt uit de Nieuwe Steentijd (ongeveer 5500 jaar geleden) en bestond uit dertig grafkuilen waarin veertig mensen waren begraven. Het Museon toont er twee: een vrouw van tussen de 35 en 44 jaar oud en een kind van 5 à 6 jaar. Hoewel beide skeletten in één grafkuil lagen, is niet met zekerheid vast te stellen of het om een moeder met haar kind gaat. Adres: Stadhouderslaan 41.

Het vroegere woonhuis van de 19de-eeuwse bibliofiel en verzamelaar Van Westreenen is nu een museale boekenkast vol hoogtepunten uit de Nederlandse boekgeschiedenis. Het museum besteedt aandacht aan de moderne boekdrukkunst en toont middeleeuwse handschriften en voorbeelden van vroege boekdrukkunst, de zogeheten incunabelen of wiegendrukken. In het Museum van het Boek/Museum Meermanno-Westreenianum is ook het oudste in Noord-Nederland gedrukte boek te zien. Het is een tekst van Petrus Comestor: Historia scholastica, gedrukt in 1473 te Utrecht door Nicolaus Ketelaer en Gerardus de Leempt. Van dit unieke werk bevinden zich ook exemplaren in de Universiteitsbibliotheken van Amsterdam en Utrecht en de Stadsbibliotheek Maastricht.

Het Boekenmuseum toont verder Egyptische, Griekse en Romeinse oudheden. Adres: Prinsessegracht 30.

In het Letterkundig Museum kunnen bezoekers in 250 jaar Nederlandse literatuur grasduinen. Het museum beheert het Nederlandse literaire erfgoed vanaf 1750, inclusief de kinder- en jeugdliteratuur. Het bezit materiaal van ruim 5000 auteurs. De collectie bestaat uit handschriften, brieven, drukproeven, illustraties, portretten, curiosa, audiovisueel materiaal en manuscripten en typoscripten, waaronder het duurste Nederlandse manuscript dat ooit is aangekocht: De Avonden van Gerard Reve. Voor dit meest klassieke werk uit de naoorlogse literatuur telde het museum in 1996 ƒ 165.000,-- neer. Het Letterkundig Museum bezit ook de grootste verzameling knipsels over Nederlandse literatuur. Ze zijn vrij ter inzage. Adres: Prins Willem-Alexanderhof 5.

Nederland telt meer dan duizend bibliotheken. Slechts één daarvan is de nationale bibliotheek. De Koninklijke Bibliotheek (KB) werd opgericht in 1798 en bezit drie miljoen items met een totale lengte van ruim 63 kilometer, waarvan 45 kilometer boeken en 17 kilometer tijdschriften. En daar komt elke dag zo'n tien meter bij, want het nationale geheugen van Nederland verzamelt één exemplaar van alle uitgaven die in ons land verschijnen. Daarbij gaat het niet alleen om boeken, tijdschriften en kranten, maar tevens om proefschriften, leermiddelen, rapporten en elektronische uitgaven.

De KB bezit de grootste collecties historische kranten, middeleeuwse handschriften en kinderboeken in Nederland, alsmede de grootste collectie schaak- en damliteratuur ter wereld. Adres: Prins Willem-Alexanderhof 5.

Vanaf het ontstaan van de Schilderswijk heeft binnen- en buitenlandse migratie een steeds toenemende invloed gehad op de bevolkingssamenstelling. Stilaan nadert het aantal verschillende culturele groepen zelfs het totale ledental van de Verenigde Naties. Nog voordat het begrip 'culturele diversiteit' in zwang kwam, was dit in de Schilderswijk al lang een feit. Daarover gaat het in het eerste Volksbuurtmuseum in de wereld. Het maakt de huidige rijkdom aan culturen in onze samenleving zichtbaar. Dat gebeurt niet alleen door middel van tentoonstellingen, maar ook met theaterprogramma's, verhalen, educatie en 'multicultimedia'. Het Volksbuurtmuseum slaat een brug tussen de kunst en cultuur van gevestigden en nieuwkomers in multicultureel Den Haag, om zo een bijdrage te leveren aan sociale cohesie en tolerantie. Een museum met een missie dus. Adres: Hobbemastraat 120.

TIP: Ook de Utrechtse wijk C heeft zijn eigen Volksbuurtmuseum. Het toont 10.000 objecten uit de periode 1800-1980. Adres: Waterstraat 27.

De Nederlandse Staatsloterij is de oudste loterij in Europa. Op 4 april 1726 vond de eerste trekking plaats van de 'Generaliteyts Loterye der Vereenigde Nederlansche Provinciën', de stammoeder van de huidige Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij. Met de invoering van het nieuwe gokje verbood de overheid alle andere, veelal stedelijke loterijen, waarvan de vroegste dateren van 1444.

In de beginjaren vond er één loterij per tien maanden plaats. Sinds 1992 is de frequentie vierwekelijks, waaronder een Oudejaarsloterij. Vanaf 1760 bedroeg de hoofdprijs een ton. Sinds de introductie van de Jackpot (in 1994) kan de hoofdprijs oplopen tot 9 miljoen gulden of meer, belastingvrij. Tegenwoordig vergokken de Nederlanders meer dan 1,2 miljard gulden bij Vadertje Staat. Van de inleg gaat 67% naar de prijzenpot. De nettowinst van ongeveer 19% vloeit in de schatkist, de rest is onkosten.

Het Nederlands Kansspelmuseum toont de rijke loterijgeschiedenis in Nederland, vanaf de Middeleeuwen tot heden. Aandacht is er bijvoorbeeld voor de trekkingen, die begonnen als een waar volksfeest dat 52 dagen in beslag nam (want ook alle 'nieten' werden getrokken), tot de hedendaagse televisieshows die amper één uur duren. Aan de orde komen ook de organisatie van de loterijen, de verkoop, prijzen en de veranderende maatschappelijke opvattingen ten opzichte van loterijen. De collectie bestaat uit vervalste loten, kaartspelen, antieke en eigentijdse trekkingsapparaten, munten, penningen, schilderijen en prijzenkasten met porselein en loterijzilver. Iedere woensdag om 14 uur is er een gratis rondleiding. Adres: Paleisstraat 5.

Madurodam is de grootste miniatuurstad ter wereld. Alles waar Nederland beroemd om is, is er tot in detail nagebouwd op schaal 1:25. In Madurodam staan 700 gebouwen. Heel beroemde, maar ook onbekende, kleine en grote, middeleeuwse en moderne. Ze geven een historisch overzicht van de ontwikkeling van de Nederlandse steden en dorpen. Overal heerst bedrijvigheid. De Gouden Koets rijdt naar de Ridderzaal, in de wereldhaven varen schepen af en aan, ergens wordt een brand geblust, op Schiphol nemen vliegtuigen een aanloop naar de wolken en op de rijksweg is het spitsuur. Daartussendoor kronkelen diverse modeltreintjes op de grootste en langste modelspoorbaan ter wereld. Op het vier kilometer lange traject legt elke trein 20.000 kilometer per jaar af.

Madurodam is genoemd naar George Maduro, die in februari 1945 als krijgsgevangene overleed in het Duitse vernietigingskamp Dachau. Voor zijn daden in de eerste oorlogsdagen ontving hij postuum de Militaire Willemsorde. Na de oorlog stelden zijn ouders geld beschikbaar voor de bouw van de Miniatuurstad Madurodam, als herdenkingsmonument voor hun overleden zoon. Adres: George Maduroplein 1.

TIP: Andere miniatuursteden in Nederland zijn: Miniatuurpark Appelscha (Fr)*, Miniatuur Walcheren in Middelburg (Z) en Limburg in Miniatuur, Sint-Geertruid (L).

Meer dan 180.000 liter water zit er in het grootste Noordzeeaquarium van Nederland. Het is te vinden in het National Sea Life Scheveningen. Via een glazen onderwatertunnel kunnen bezoekers een ontdekkingsreis onder de deinende golven van de Noordzee maken en van heel dichtbij haaien, roggen, zeebaarzen, kongeralen, zeebrasems en scholen andere vissen bekijken. De waterrijke attractie toont in veertig kleinere bassins honderden fascinerende zeedieren in een natuurlijke omgeving. Verder zijn er onder andere voederdemonstraties, een onderwaterspeelparadijs, roggenaquarium en een tropisch rif. National Sea Life is vooral ook een doeattractie die leren leuk maakt door middel van speurtochten en een zeelaboratorium.

In een van de aquaria zwemt ook de pieterman, de giftigste vis uit de Nederlandse wateren. Elk jaar komen honderden baders op pijnlijke wijze in aanraking met de giftige stekels van de pieterman, die uit de zeebodem omhoogsteken. Het gif werkt in op het zenuwstelsel van het slachtoffer. De pijn kan zeer hevig zijn, en er is ten minste één geval bekend van een man die zijn eigen teen afsneed in een poging de helse pijn te verlichten. Maar wie door een pieterman gestoken is kan ook minder ingrijpende maatregelen nemen, die toch hout snijden. Dompel de plek net zo lang in warm water tot de pijn afneemt. Maak de plek goed schoon en zorg ervoor dat er geen resten van stekels in de huid achterblijven, want die kunnen nog jaren later voor complicaties zorgen. Adres: Strandweg 13.

Het Omniversum is het eerste digitale planetarium en ruimtetheater in Europa. De programma's worden vertoond op een reuzenkoepel van 840 m2. De toeschouwer wordt ondergedompeld in beeld zover het oog reikt en voelt zich als het ware opgenomen in de voorstelling. Die ervaring wordt nog eens extra versterkt door het stereogeluid, dat via 60 miljoen kleine gaatjes in de bol de zaal in komt. Het Omniversum vertoont vooral films over natuurkrachten, wetenschap en cultuur. Het maakt gebruik van Omnimax-films met het grootste filmformaat ter wereld (70 mm). Als enige theater in Europa combineert het Omniversum de vertoning van de films met de Digistar-computer. Daarmee kan de sterrenhemel driedimensionaal worden geprojecteerd, zodat de toeschouwer om een sterrenbeeld heen kan reizen. Dit geeft de illusie van een echte ruimtereis. De Digistar-computer kan ook punten tot lijnen verbinden. Hierdoor is het bijvoorbeeld mogelijk grote gebouwen in hun geheel op de koepel te projecteren.

In de hal van het Omniversum staat een zeldzame Zeissprojector die afkomstig is uit het oude planetarium in de Haagse binnenstad, dat in 1976 afbrandde. Van dit museumstuk bestaan er maar twee in de wereld; het andere staat in het Deutsches Museum in München. Adres: President Kennedylaan 5.

Megastores Haaglanden is het grootste overdekte winkelcentrum van Nederland. Het is een kleine stad met een oppervlakte van 130.000 m2 en veel mogelijkheden om op een plezierige wijze van je geld verlost te raken. De vijf miljoen bezoekers die er elk jaar worden verwacht, vinden in Megastores Haaglanden restaurants, mediterraan ingerichte winkelstraten met zitjes, echte bomen en terrassen, een Kids Playground die de kinderen zoet houdt, maar vooral winkels. Veel winkels. Met name meubelwinkels. De welvaart schittert je tegemoet in maar liefst zeventig zogeheten megastores; superwinkels dus. Het aanbod is zeer gevarieerd: van supermarkten en andere schakels uit landelijke winkelketens, tot zeer exclusieve en gespecialiseerde zaken. In de parkeergarage op het dak is plaats voor 1700 auto's. Treinreizigers vinden station Holland Spoor op een steenworp afstand. Adres: Waldorpstraat.

Megastores Haaglanden raakt in de toekomst zijn record kwijt aan de megastores ArenA Boulevard in Amsterdam (117.000 m2 pure winkeloppervlakte).

Vanwege het grote aantal mensen uit het voormalige Nederlands Indië dat zich in Den Haag vestigde, wordt de residentie wel eens de Weduwe van Indië genoemd. Maar het is geen treurende weduwe. Overal is te zien dat zij is hertrouwd. Niet met een conservatieve rentenier uit de 'Oost', maar met een eigentijdse stedenbouwer, die miljarden investeert om het oude hart van Den Haag te voorzien van moderne bypasses en torenhoge kolossen van beton, glas en staal. Elk jaar in juni gordt dat moderne Den Haag een paar dagen de Gordel van Smaragd om en is het tijd voor tempo doeloe, voor mijmeringen over de tijd van toen in Nederlands Indië. Dat gebeurt tijdens de Pasar Malam Besar. Die biedt oriëntaalse producten, hapjes, drankjes en een uitgebreid cultureel programma met lezingen, muziek, zang en dans. De Pasar Malam Besar is de grootste oosterse markt in Nederland en het grootste Euro-Aziatische festival ter wereld.

Den Haag is niet alleen 'Koninklijk veelzijdig', zoals de reclameslogan van de VVV luidt, maar er zit ook vorstelijke muziek in. Elk jaar is het Zuiderpark het podium voor Parkpop, met zo'n 350.000 bezoekers Europa's grootste gratis toegankelijke popfestival.

Nog een muzikaal record: het jaarlijkse North Sea Jazz Festival is het grootste jazzfestival ter wereld.

De grootste collectie kikkers van Nederland is neergeplonsd in Den Haag. Wat begon als een hobby groeide uit tot een huiskamermuseum. Het Kikkermuseum herbergt meer dan 5200 kunst-, sier- en gebruiksvoorwerpen in de vorm van een kikker of pad. Ze zijn afkomstig uit alle delen van de wereld en gemaakt van verschillende materialen, zoals porselein, brons, papier-maché, ijzer, been, rubber, klei, karton, hout, plastic, zilver en zelfs snoepgoed. In het museum hangt ook een collectie kunstwerken van hedendaagse kunstenaars, onder wie Pat Andrea, Aat Verhoog en Sees Vlag. Adres: Frederik Hendriklaan 38.

Vooral tijdens de Eerste Wereldoorlog opereerde een leger spionnen in het diplomatieke hart van het neutrale Nederland. Het routegidsje Duister Den Haag wijst wandelaars de weg naar talloze stiekeme adresjes. Bijvoorbeeld naar de Nieuwe Uitleg, waar op nummer 16 de danseres Mata Hari diplomaten naar haar pijpen liet dansen en zich tussen de lakens ontpopte als de beroemdste spionne uit de moderne geschiedenis (zie ook: Leeuwarden, Fr). Op nummer 10 spookte de Franse inlichtingendienst van alles uit onder de naam van de undercoverfirma Pharmisan, terwijl de Britse spionnen zich op nummer 19 verscholen achter een zaak die in babyzalf handelde. In het hotel op de hoek van de Laan Copes van Cattenburgh en de Bankastraat leidde onze eigen BVD in de jaren vijftig en zestig zijn agenten op. In de Celebesstraat woonde in de jaren dertig op nummer 32 een spion van het Rode Leger. Nadat hij in ongenade was gevallen bij de sovjets vluchtte hij naar Amerika, waar hij werd vermoord: de wraak van Stalin.

Tussen Den Haag en Scheveningen reden de eerste paardentram (25 juni 1864) en de eerste stoomtram in Nederland (1879). Dat er ook daarna veel initiatieven op de rails (en de weg) zijn gezet bewijst de collectie van het Haags Openbaar Vervoer Museum. Het is heel toepasselijk gevestigd in de voormalige remise Frans Halsstraat. Er staan 25 trams en 15 bussen. Ook zijn er foto's, attributen en schaalmodellen te zien. Op zondag kunnen passagiers instappen voor een nostalgisch ritje met een historische tram en bus. Adres: Parallelweg 224.

In het Vredespaleis zetelt het enige internationale hof van justitie in de wereld dat conflicten tussen staten kan beslechten. Het werd tussen 1907 en 1913 gebouwd in een ratjetoe van stijlen. Tal van landen verleenden hun medewerking bij de inrichting van het gerechtsgebouw. Adres: Carnegieplein 2.

Om een geallieerde aanval tegen te houden bouwden de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog de Atlantikwal: een keten van betonnen bunkers van de Franse tot de Noorse kust. Veel van die dreigende betonnen gedrochten zijn na de oorlog opgeblazen. Tegenwoordig gaan er stemmen op de Duitse verdedigingswerken te laten staan, omdat ze getuigen van een unieke fase in de geschiedenis van de vestingbouw. Even ten noorden van Scheveningen ligt een stukje Atlantikwal dat nog enigszins intact is en de samenhang toont. Vanaf het strand zijn vier bunkers en een vuurleidingspost te zien.

Het Mauritshuis is een juweeltje. Dit rijke, streng classicistische stadspaleis, ingeklemd tussen het Torentje van het Binnenhofcomplex en de fraaie Hofvijver, is in 1633 gebouwd door Pieter Post en Jacob van Campen, de twee belangrijkste Hollandse architecten van hun tijd. Het huis is genoemd naar de opdrachtgever, Johan Maurits van Nassau Siegen. Hij was gouverneur-generaal van Nederlands Brazilië en droeg daarom de bijnaam De Braziliaan. In 1704 brandde het gebouw uit. Het Top 100-monument is aan het einde van de 20ste eeuw fraai gerestaureerd. Sinds 1821 herbergt het Mauritshuis het Koninklijk Kabinet van Schilderijen, een van 's werelds beroemdste kunstcollecties. Er hangen werken van Hollandse en Vlaamse meesters uit de 15de tot en met de 17de eeuw, onder wie Rembrandt, Johannes Vermeer, Jan Steen, Frans Hals, Gerard Dou, Jan van Goyen, Meindert Hobbema, Hans Memling, Paulus Potter, Peter Paul Rubens, Jacob van Ruysdael, Hans Holbein en Carel Fabritius. Adres: Korte Vijverberg 8.

In de Juffrouw Idastraat 7a gaat achter de gevel van een herenhuis de 18de-eeuwse oud-katholieke kerk van de H.H. Jacobus en Augustinus schuil. Elke woensdagmiddag zijn er rondleidingen door de vrouw van mijnheer pastoor. Inderdaad, de priester is getrouwd. De oud-katholieke kerk in Nederland brak in 1723 met de Paus en schafte toen meteen ook maar het priestercelibaat af. Dit fraaie Top 100-monument is een eiland van stilte, omspoeld door het tumult van de Haagse binnenstad. De kerk is in 1722 voltooid en bezit een bijzonder stucplafond, waarvan er in Nederland geen tweede te vinden is.

Tussen 1649 en 1656 bouwde Pieter Noorwits de Nieuwe Kerk aan het Spui 175. Hij kreeg medewerking van Batholomeus van Basen. De kerk heeft een plattegrond die zijn weerga niet kent. Hij bestaat namelijk uit twee aan elkaar grenzende zeshoeken, waardoor de kerk behalve een hoofdas ook twee dwarse assen bezit. Hiermee wilden de ontwerpers tot uitdrukking brengen dat de verkondiging van het Woord Gods centraal staat en de gemeente zich hieromheen schaart. Ook de kap van de kerk is uitzonderlijk. Hij rust nergens op kolommen of pijlers, maar wordt gedragen door vier steunberen. Door deze constructie kan het oog door een ononderbroken ruimte dwalen en blijven rusten op de voorname en kostbare inventarisstukken.

De Nirwanaflat op de hoek van de Benoordenhoutseweg en het Willem Witsenplein was in de jaren dertig van de 20ste eeuw enige tijd revolutionair en een heuse bezienswaardigheid. De functionele en moderne flat die de bewoners volop licht, lucht en ruimte biedt, is uitgevoerd in gewapend beton, staal en glas en is een fraai voorbeeld van het Nieuwe Bouwen. De architecten J. Duiker en J.G. Wiebenga maakten het ontwerp van dit Top 100-monument.

De H. Theresia van Avilakerk aan het Westeinde staat op de plaats van een voormalige schuilkerk. Het godshuis werd in 1841 gebouwd door Tielman François Suys, 'Architect des Konings', die ook de Mozes- en Aäronkerk in Amsterdam ontwierp. Het Top 100-monument is een fraai voorbeeld van de zogeheten Waterstaatsstijl. Het kerkbestuur financierde de bouw uit eigen middelen en door leningen. Dat was uitzonderlijk, want Waterstaatskerken werden door het Rijk gefinancierd.

Huis Schuijlenburg aan Lange Vijverberg 8 is in 1715 gebouwd door de Franse architect Daniel Marot en staat in de Monumenten Top 100. De voorgevel is rijk versierd. In het oeuvre van Marot is het een van de best bewaarde voorbeelden van de vroeg 18de-eeuwse wijze van het bouwen van herenhuizen.

Wonen in een stedelijke gemeenschap, maar met een relatie tot de natuur. Met dat idee in het achterhoofd ontwierp architect J. Wils in 1921 het woningbouwcomplex Papaverhof (aan de gelijknamige straat). Nationaal vertoont de Papaverhof verwantschap met de idealen van De Stijl; internationaal zijn er relaties met het werk van de Amerikaanse architect F.L. Wright. Mede door deze (inter)nationale verbindingen bezit de Papaverhof bijzondere cultuurhistorische waarde en is daarom in de Monumenten Top 100 beland.

Parijse architecten zijn de uitvinders van de passage: een grote, heldere, ruimtelijke galerij met winkels, woningen en horecavoorzieningen - de voorloper dus van het overdekte winkelcentrum. Nederland telde ooit vier passages: in Amsterdam, Rotterdam, Zandvoort en 's-Gravenhage. Drie zijn er verdwenen. Den Haag bezit de enige passage die in Nederland overbleef. Daarom staat het monument in de Top 100.

De fraaie overdekte winkelgalerij werd tussen 1882 en 1885 gebouwd naar een ontwerp van de architecten J.C. van Wijk en H. Westra. Zij gebruikten de passage in Milaan als voorbeeld. Behalve baksteen is er veel natuursteen, glas en ijzer toegepast. De arm naar de Hofweg werd als derde 'poot' pas in de jaren 1928-1929 gebouwd naar ontwerp van Jos Duynstee.

De Uithof is het grootste in- en outdoor sportcenter in Europa. Het biedt onder meer een 200 meter lange skihelling met echte kraaksneeuw (het SnowDome), een schaatsbaan, een ijshockeybaan, een kartbaan, een klimmuur van 1000 vierkante meter met honderd verschillende routes, een aquatrack voor kanos en kajaks, een wielerparcours, een fitnesscentrum, kinderopvang, sportshops en horecavoorzieningen. Adres: Jaap Edenweg 10.